Leyland Olympic

Reeds in 1937 had Leyland voor London Buses een prototype gebouwd waarbij de motor horizontaal onder de vloer lag. Na de oorlog werkt de constructeur verder aan de ontwikkeling van een underfloormotor. De voordelen waren legio: meer zitplaatsen, een vlakke vloer en een betere spreiding van het gewicht.

Kort na de introductie van de verticale O.600 motor ontwikkelt Leyland ook verticale varianten. De horizontale O.600 krijgt zijn première tijdens de Commercial Motor Show van 1948.

Kort daarna ontwikkelt Leyland samen met Wikipedia: Metro-Cammell-WeymannMetro-Cammell-Weymann een integrale bus. Deze « Olympic » werd eind 1949 voorgesteld.

Voor de exportmarkt werden drie modellen ontwikkeld, die standaard uitgerust waren met luchtremmen. De EL40 (export left hand drive), met een capaciteit van 40 zitplaatsen, had een afstandstand van 17ft 6in (5,334 m) op een totale lengte van 31ft 8in (9,652 m). Daarnaast bestonden nog een E36 en een E44.

Op het vroegere Naamse busstation wacht de 957 zijn vertrek op lijn 16 (Namen-Hannut) af. De meeste Leyland uit deze tweede reeks waren in de groep Namen-Luxemburg te vinden. © A. Pastiels.

957

De Buurtspoorwegen bestelden in 1951 en 1952 respectievelijk 10 en 40 chassis waarop Van Hool en La Métallurgique een Standaard I-carrosserie bouwden. Dit werden reeksen 810-819 en 937-973.

Bronnen:

  • Doug, J. (1984). The Leyland Bus. Glossop: The Transport Publishing Company.
  • Het Automobielsalon 1951 (1951). Onze Buurtspoorwegen, 30, 13
Terug naar boven